Rust en rust is twee. Je kunt 's morgens je bed niet uit willen komen of je wilt je voor het opstaan ff een moment voor jezelf gunnen. Dat zijn twee zeer verschillende zaken. De dag niet willen beginnen of de dag in alle rust willen beginnen. Dat laatste is zo makkelijk nog niet. Om de normale ademhaling tot een dieper, rustgevend ritme om te buigen kost concentratie en doorzettingsvermogen. Zo gauw de aandacht weet weg te glippen, valt de ademhaling terug in een sneller en minder diepe versie. Hop, bij het nekvel en terug naar de langere, diepe versie. Twee, drie keer en foetsch, daar is de aandacht er weer vandoor.
Bovendien staat de dag te dringen. Alsof het iets uitmaakt of je te laat of net nog iets later aan die dag begint. De honden waren rustig, dus wat was het punt? Ik denk gebrek aan routine. Die aandacht voor mezelf probeer ik al weer een paar weken te pakken te krijgen. De vanzelfsprekenheid daarin is grotendeels verloren gegaan. Zoals er wel meer naar de kantlijn verdwijnt als de machinerie hernieuw op toeren komt. Da's de domme kracht van oude routines. Dat dendert en bulldozert blind door als het eenmaal in beweging is gebracht. Als je het in beweging probeert te krijgen lijkt het trekken aan een dood paard. Beweegt het is het een trein proberen te stoppen door er aan te gaan hangen en de hakken tegen de bielzen te zetten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten