donderdag 29 april 2021

Wiskunde

 Een trage dag met een hoop tegenwerking van mezelf door mezelf. De afwijkingen in de maatvoering en vormgeving van het fundament zijn duidelijk. Meetwerk vereist geen tempo. Integendeel zelfs. Dank Pythogoras was snel duidelijk, dat geen enkele van de hoeken precies 90º is. De rechthoek van het fundament is geen perfecte rechthoek. Dat maakt, dat het basisprofiel van de kas niet ongezien parallel aan de zijden van het fundament kan worden neergelegd. Dan kloppen de diagonalen dus niet.

 Om tot gelijke diagonalen te komen moet de ene zijkant naar beneden en/of de andere omhoog. Kop en staart staan hier -volgens mij- buiten. In principe had dat niet gehoeven. De binnenzijde van het fundament was zo bemeten, dat de binnenzijde van het profiel op 1 à 2 cm van de rand zou komen te liggen. En dat rondom. Nu kloppen de zijkanten redelijk maar liggen kop- en staartkant enigszins schuin tov het fundament, waarbij het profiel in de schuin tegenover elkaar liggende hoeken òf te ver naar binnen ligt òf net over de rand piept. Mn dat laatste is een probleem. Daar mist dus een deel van de ondersteuning. Daar moet iets op verzonnen worden. Ik wil verder met de kas.

 Hoewel het probleem duidelijk lijkt, blijf ik een twijfel behouden. Ik ben niet 100% overtuigd van mijn eigen conclusie(s). Moet de correctie niet ook via kop en staart gebeuren? Waardoor de zijkanten ook enigszins scheef komen te liggen maar het profiel op kop en staart niet meer in één van de hoeken over de rand van het fundament hangt? Opnieuw meten?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten