Wegdromen en je terug vinden op een bankje voor het oude boerenhuis in Umbrië. Niet op de zuid-georiënteerde aanbouw maar in het steegje aan de andere kant van het gebouw, waar de schaduw het rijk voor zich alleen had. Ik heb er met God gebruncht en Duvels gedronken. Ik heb een 17e eeuws (Edel)man getroffen, die in de tijdsgewrichten verstrikt was geraakt. Glimwormpjes op het tegenoverliggend kerkhof voor dwaallichtjes aangezien. En werd betoverd door een deels vervallen oude watermolen. En wat voor een ander misschien stof genoeg was geweest voor een trilogie, die ook na negen delen nog steeds maar niet tot een einde wil komen, blijft bij mij steken bij een paar blogs-avant-la-lettre.
Hoe los van de dagelijkse werkelijkheden moet je komen om een verhaal zijn eigen gang te laten vinden? In wat voor kalme wateren moet je leven gekomen zijn om je geest de vrije hand te geven? Komt ook op dit terrein ooit nog eens de rust om open te staan voor andere werkelijkheden? In dit leven wel te verstaan. Zelfgeconstrueerde werkelijkheden? Wil Pino wel gevonden worden?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten