Maak de EU nu eens werkbaar
(Adriaan Schout coördinator Europa bij Instituut Clingendael, VK, 21 juni 2016)
Nederland moet in een vaste groep gelijkgezinde landen rond Duitsland streven naar versterking van de macht van de lidstaten in de Europese Unie.
Of de Britten vertrekken of niet, de EU moet hervormen. De Britten zijn niet de enigen die morren. Het jarenlang herhalen van onbegrijpelijke mantra's zoals 'subsidiariteit' en 'de EU moet groot op grote en klein op kleine dingen zijn' heeft de steun voor Europese integratie natuurlijk niet vergroot. Tijd om piketpaaltjes te slaan waar veranderingen nodig zijn.
De grootste pijn zit in de Europese centralisatie die de euro afdwingt en in de zoektocht naar een EU als staat. Met vier piketpaaltjes krijgt de EU al een andere richting. Dan kan Europese integratie blijven waar ze zinvol is, op thema's variërend van cybersecurity en toezicht tot marktwerking.
Ten eerste: de euro kan niet van bovenaf versterkt worden, maar Eurolanden zelf moeten hervormen. Wensdromen over verdiepte integratie, eurobudgetten en een europarlement miskennen dat de oorzaak van de eurocrisis bij de lidstaten ligt. Met falende en achterblijvende lidstaten is de eenheidsmunt onhoudbaar.
Verbrokkeling dreigt
De zwakke basis van de euro kan benoemd worden: Italië, Frankrijk, Spanje, Portugal, Slowakije, Slovenië, Griekenland en toch ook België. Hoe zwakker deze landen, hoe meer de EU moet inspringen, en hoe meer de EU als federale staat opgetuigd moet worden. Eurolanden moeten niet alleen hun staatshuishouding op orde hebben maar ook hun rechtsstaten, wetgevingskwaliteit, onderwijs, corruptiebestrijding, onafhankelijke toezichtsautoriteiten enzovoort.
Het is onacceptabel dat Frankrijk, als groot euroland, uit de toptwintig van concurrerende landen is gevallen en dat corruptie in eurolanden blijft tieren. Als de euro zo doorgaat, verbrokkelt de EU. Niet de EU is het probleem maar de zwakte van lidstaten. Lidstaten moeten nu echt eens gaan moderniseren. Dit betekent ook dat ECB-president Draghi zijn schulden-subsidies moet stopzetten. Vrij naar Kennedy: vraag niet wat de EU voor jouw land kan doen, maar vraag wat jouw land voor de EU kan doen.
Ten tweede: risico's moeten vooral door landen zelf gedragen worden. De no-bail-out moet terug. Dit slaat ook op de banken. Lidstaten en investeerders moeten zelf oppassen dat banken geen systeemrisico's worden. Met een paar regels over gedwongen afwikkeling van banken, over onafhankelijk nationaal en Europees toezicht komen we verder dan met het delen van verliezen. Risico's zijn normaal en moeten niet op EU-niveau getild worden. Lidstaten en banken mogen niet ontslagen worden van hun eigen verantwoordelijkheden.
Ten derde: de Europese Commissie moet af van de 'politieke' ambities die president Juncker koestert. De Commissie moet toezien op uitvoering en handhaving van economische regels. Daartoe moet de Commissie worden opgeknipt. Onderdelen zoals het Europese Centraal Planbureau, het Europese statistiekbureau en het orgaan dat toeziet op de kwaliteit van Europees beleid moeten na jaren discussie eindelijk eens op afstand worden geplaatst. Onafhankelijk toezicht en bijbehorende taken horen simpelweg niet in een politieke commissie thuis. Er is geen respect op te brengen voor het talmen van de Commissie.
De ultieme Europese gamechanger
Verder kan de Commissie kleiner. Een kleine Commissie is simpelweg gedwongen om veel met lidstaten samen te werken. Nu bestaat te veel het idee dat lidstaten het probleem zijn en dat de EU taken kan overnemen. Zonder volwaardige lidstaten geen EU. Een sterke onafhankelijk Commissie is essentieel maar een groeiende politieke Commissie is een gevaar.
Ten vierde: voorkom Europese belastingen en schaf zinloze subsidiestromen af. Discussies zijn gestart over herziening van het EU-budget. In zuidelijke lidstaten, maar ook binnen de Europese instellingen, leeft de wens tot 'eigen', Europese belastingen. Die zouden de laatste en ultieme Europese gamechanger zijn. Met belastingen wordt de Commissie een EU-minister van Financiën en wordt het EP een echt parlement. Als de deur naar Europese belastingen op een kier staat, zullen meer belastingen volgen. Belastingen zijn dus dé opstap naar de EU als staat waar geen draagvlak voor is.
Bij dit punt hoort ook de herziening van uitgaven voor landbouw, regio's en investeringen. Pas de regels toe: geen EU-subsidies als de meerwaarde twijfelachtig is. Genoeg subsidies waar geld wel nodig is.
Er zijn meer piketpaaltjes te noemen die burgers helderheid geven. Bijvoorbeeld, vervang de Ever Closer Union in het Verdrag door Ever Stronger European Member States. Juncker als gekozen commissiepresident was ook een brug te ver. Echter, bovengenoemde uitgangspunten schetsen al belangrijke contouren.
Het afdwingen en bewaken van piketpaaltjes vereist macht. Nederland heeft daarvoor een andere EU-strategie nodig. Minister van Buitenlandse Zaken Hans van Mierlo wilde 'in de oksel van Frankrijk en Duitsland'. Ben Knapen zette als staatssecretaris in op 'wisselende coalities'. Dat was prima toen de EU nog ging om de interne markt met wisselende onderwerpen. Maar om een strategische lijn te bewaken, moet Nederland investeren in een vaste groep gelijkgezinde landen rond Duitsland, zoals Denemarken, Tsjechië, Oostenrijk, Zweden en Finland. Dit is de tijd om gezamenlijk een onwerkbaar Europa te voorkomen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten