woensdag 18 mei 2016

Doodgewoon

 De enige keer dat in het dorp de deur, poort, hekwerk uitnodigend open staat is, als er iemand is gestorven. Dan is iedereen welkom en kan binnen vallen om te condoleren. Notenbrood, fris en zelfgestookte sterke drank staan op je te wachten. En natuurlijk de kist met de overledene omringd door in het zwart geklede oudjes. Zelfde generatie in dit geval, vaak ouder. Wij moeten ook nog, maar ik geloof niet dat dat vandaag gaat worden.

 Ik wens de beste man een leuk after-live. Ik had dat al een beetje bij de (voor?)laatste vertrekker. Ook zo iemand, die ik met regelmaat gedag had gewenst. Verantwoordelijk voor het inzamelen van de melk. Iets waar hij net een paar weken voor zijn dood een punt achter had gezet. Teveel gedoe met mensen, met water verdunde melk en klachten van de fabriek. Vriendelijk man. Maakte met regelmaat grapjes. Ook naar mij toe.

 Typisch is, dat ik daar, met dat after-live, nooit bezig ben geweest bij mijn vader. Het zal er niet aan gelegen hebben, maar grapjes maakte hij zelden. En als, moest hij ze uitleggen. Dat werkt dus niet. Maar daar gaat het niet om. Ik heb zijn 'aftakeling' bewust en redelijk actief meegemaakt. Hier valt men, voor mijn gevoel, ineens weg. Is niet zo, maar voor mij als buitenstaander wel. Met het overlijden van mijn vader had ik vrede. Ik heb het nooit gezien, als het vertrek uit dit leven naar een andere wereld. Het was de afsluiting van een bestaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten