zondag 17 februari 2019

Luiheid

 .... maar dat artikel dus. Een artikel over 'lummelen' en dat de mens het belang daarvan onderschat en wat de mens in deze van andere dieren kan leren (VK, 14 februari 2019):

 "Want de mens is ook een dier; de homo sapiens bestaat nog maar een paar honderdduizend jaar, als een van de resultaten van de evolutie, die al een paar miljard jaar gaande is, en het grootste deel van zijn bestaan verschilde zijn dagelijks leven niet zoveel van dat van andere dieren. We mogen dan nu parmantig in mooie pakjes de wijsneus uithangen, ons lichaam is niet anders dan dat van onze jagende en verzamelende betovergrootouders; evolutie verloopt uiterst traag. In de woorden van Frankenhuis: ‘Die paar generaties dat wij nu vuistbijlen maken, met pijl en boog schieten, boekdrukken, e-mailen: het is een rimpeling in de wordingsgeschiedenis van onze soort.’"

 "Dieren, benadrukt Frankenhuis, bewegen zich in de regel niet voor de lol. Ze houden zich zo veel mogelijk gedeisd. En dat is heel verstandig van ze. ‘Want als prooidieren staan te stunten op de savanne, lokken ze roofdieren aan. En als roofdieren druk gaan doen, verraden ze zich. Daarbij komt: je verstookt op geheel nutteloze wijze calorieën. Het zijn alleen jonge dieren die nog weleens ongemotiveerd wat wilde bokkesprongen maken. Maar dat hoort bij hun training.’"

 "Dat wil niet zeggen dat dieren en mensen het best af zijn als ze de hele dag roerloos liggen te suffen. Het gaat om de juiste balans tussen in- en ontspanning. En van zo’n juiste balans is sprake als een organisme het leven leidt waarvoor het evolutionair is toegerust. Bij dieren in het wild, gevormd door natuurlijke selectie, is dat per definitie het geval."

 "Zo is het lichaam van de homo sapiens ‘gemaakt’ op beweging. Frankenhuis, vroeger fanatiek  hardloper: ‘Mensen kunnen verdomd goed lopen. Als het erop aankomt, kan geen dier tegen ons op. Niet omdat we zo hard gaan; vrijwel alle dieren lopen harder dan wij. Ik denk dat zelfs een rat, als-ie een sprint inzet, harder loopt dan wij. Maar er is geen dier dat het zo lang volhoudt als de mens. Als het moet, lopen we een hele dag. Onze voorouders trokken uren achter migrerende kuddes aan en konden een dier zo volledig uitputten.’"

 "‘Die (rust)periode is waarschijnlijk niet alleen nodig voor de spieren maar ook voor de hersenen, om bij te komen en te herstellen. Er wordt gedacht dat slaap bij ons die functie heeft. Het is relevant om belangrijke dingen te onthouden en niet-belangrijke niet, en het vermoeden is dat de indrukken die je overdag opdoet, ’s nachts worden gezeefd. Het zou best kunnen dat het in de tijd waarin je heel actief bent, niet mogelijk is die zeefprocedures uit te voeren.’"

 "Leve het lummelen dus. Maar wel op de goede manier. Urenlang doodstil op bed liggen, zoals de Russische schrijver Ivan Gontsjarov zijn Oblomov laat doen, is bijvoorbeeld geen goed idee. Niet alleen omdat je dan te weinig beweegt, ook omdat de balans dan doorslaat naar de andere kant: onderstimulatie is ook niet goed." Hoewel ....

 "Als er één dier is dat de kunst van het lummelen onder de knie heeft, is het de luiaard, door katholieke ontdekkingsreizigers vernoemd naar de vierde van de zeven hoofdzonden. Op de grond beweegt de luiaard zich voort met een gemiddelde snelheid van 0,3 kilometer per uur, trager dan een schildpad. Oké: wat meespeelt is dat de luiaard met zijn slecht ontwikkelde oren en ogen in een soort constante roes leeft, schrijft zoöloog Lucy Cooke in Wilde verhalen – De ware aard van onbegrepen beesten (2018). En dan kauwt hij ook nog eens de hele dag op bladeren die alkaloïde bevatten, een spulletje dat ongeveer dezelfde werking heeft als valium: ‘Deze diertjes lijken dus niet alleen stoned, ze zíjn stoned.’

 Maar evolutionair is het beest een groot succes. Hij gaat al 64 miljoen jaar mee, schrijft Cooke, en heeft kanonnen als de sabeltandtijger en wolharige mammoet overleefd. Luiaards zijn uitstekende overlevers. ‘Hun geheim? Precies: hun luie aard.’"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten