Ergens hang ik nou op grote hoogte. Net nog Frankrijk of misschien al Duitsland. Met dank aan het menselijke vernuft. Ik ben twijfelachtig geworden in mijn 'dankbaarheid' voor dit soort verdiensten. Misschien is het nooit mijn sterkste kant geweest, maar hij is zeker weten zwakker geworden. Daar bestaan zelfs theorieën over. Hoe dan ook, het tonen van vertrouwen in technische hoogstandjes van menselijke hand mijd ik inmiddels liever, dan ik ze opzoek. Niet goed, maar zolang als de noodzaak ontbreekt, zie ik geen reden tot zelfkwelling. Geen kabelbanen, geen bruggen of viaducten allà het ding van Millau en helaas zijn wegenbouwers er tegenwoordig gek op, geen wolkenkrabbers en eigenlijk ook liever geen gevlieg. Gelukkig blijkt het (soms) met enige moeite overkomelijk.
Hoogtevrees? Zoiets maar niet sec. Met mijn pootjes op de grond en lopend door de bergen is niet het probleem. Maar een bergpas rijden zie ik mezelf niet zo snel doen en al helemaal niet voor mijn plezier. Ok, met een anderhalve meter hoge vangrail in de berm. Maar zoals de bus afgelopen jaar op Korčula langs steile en diepe afgronden reed met als enige beveiliging een betonnen richeltje langs de kant van de weg ... Nee, dank je beleefd. Toch veel in de bergen gereden, maar toen had ik geen rijbewijs voor vierwielige transportmiddelen en las ik kaart.
Dus alhoewel de hoogte zeker een bijdrage levert is het meer een gebrek aan vertrouwen in de (menselijke) constructie èn toch ook een gebrek aan vertrouwen in mezelf. Gezeten in een vliegtuig maakt dat laatste niet zoveel uit, aan het stuur van een auto is dat een ander verhaal. Gelukkig speelt dat allemaal niet in mijn toekomstige moestuin.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten