Nog twee dagen te gaan. Aan deze mnd lijkt geen einde te komen. En ondanks een hoop gezeur over mijn doen en vooral het laten heeft de tekstproductie een zwiepert naar boven gemaakt. Van drie naar vier keutels op en dag. Bij hoeveel kom ik nergens meer aan toe? Waarna het schrijven vanzelf minder moet worden. Ik weer meer kan doen cq meemaken en dus weer meer kan opschrijven, mocht ik willen. Waardoor ik weer geen tijd hebt om iets te doen. Etc. Ergens moet dat een evenwicht opleveren. Een evenwicht waar ik nu nog niet beland ben of wat in de loop van het jaar is gaan schuiven.
Aangezien ik meer zou willen doen, dan ik nu doe, of in elk geval met meer verschillende zaken bezig zou willen zijn èn bovendien meer (onder)weg, zou er per saldo meer moeten zijn, waar ik zonodig mijn licht over wil laten schijnen. Of is het 'op'? Er is voldoende leegloop in mijn dagelijkse gebrek aan routines voor meer. Genoeg plek voor nieuwe activiteiten zonder dat het beetje, wat er is, zich gedwongen zou moeten voelen om plek te maken. Het is nog steeds de rust, die ontbreekt, voor het ritme van de regelmaat. Vandaag maar weer verder met wat inmiddels best een queeste genoemd mag worden. De eeuwige strijd met mezelf. Het instinct versus de dressuur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten