Jezelf 'laten gaan' is een kunst, die ik maar zeer ten dele weet te waarderen, net zo min als jezelf tot van alles dwingen 'omdat het zo verstandig is'. Ik heb me vandaag gegund, dat is een feit, maar geen vrijbrief om morgen slechts met de grootste moeite boven water te komen. Ok, 'laten gaan' hoeft natuurlijk niet altijd te betekenen, dat je een fles of wat teveel drinkt. Je kunt natuurlijk ook deel proberen te worden van het universum, gewoon niet je bed uit komen of de inhoud van je diepvries consumeren. Geen van drieën geeft me warme gevoelens, maar aan een kater heb ik ook geen behoefte.
Wat een beheersing! Niet dan? Volgens mij is dat een gevolg van de voortschrijdende veroudering. Je springt niet meer zo snel de diepte in vertrouwend op een elastiek(je), bedankt vriendelijk voor het beklimmen van de Kilimanjaro en ziet reizen meer en meer als noodzakelijk kwaad dan een verrijking van je geest. Been there, Seen it, done that! Yeah!! Of ook niet. Maakt in feite namelijk geen ene fuck uit.
Of het hout snijdt, weet ik niet, maar zo uit het losse handje zijn het de mensen, die hun moestuin nooit verlaten hebben, die in mijn kennissenkring het gelukkigst zijn cq het meest evenwichtig overkomen. Die mensen stralen een soort geduld en tevredenheid uit, die ik bij meer of minder over de wereldbol hoppende mensen simpelweg niet aantref. Het gaat om je eigen patatten en niet om exotische bling-bling, die haast altijd nog nep is ook, maar dat terzijde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten