Weer een begrafenis achter de kiezen. In Agnita. Dat betekent niet van huis uit, maar vanuit een kapel op het kerkhof, waar de overledene ook -onder bar warme omstandigheden- twee dagen opgebaard heeft gelegen. De plek heeft natuurlijk consequneties voor het verloop van de ceremonie. Dat heb ik geconstateerd, maar verder niet mee bezig geweest.
Onwillekeurig wel de mensen om me heen bekeken en me afgevraagd hoeveel ik daar nog bij de grafgang ga begeleiden voor ikzelf aan de beurt ben. Veel, heel veel, mag ik hopen. Meeste mensen mijn leeftijd of er duidelijk overheen.
Hoe zit de gemiddelde persoon daar? Beseffen ze, dat het binnenkort hun beurt kan zijn? Ontkennen ze het? Of ontgaat hen de mogelijkheid geheel?
Natuurlijk was het achteraf aanschuiven en dan blijft mij verbazen, dat de afsluiting van de maaltijd door de dienstdoende priester ook betekent, dat meer dan 90% aansluitend opstapt. De kracht zit 'm naar mijn idee net in het na-hangen, het uitklinken. In het de tijd geven om van de treurnis langzaam terug te keren in het minder treurige alledaagse. Leven eindigt en dat is treurig maar dat leven is ws alles behalve treurig geweest. Dat moet je vieren. Dat mis ik geheel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten