We wringen ons door de dag heen. Geen lichtvoetige danspasjes terwijl ik van de ene kant van het aaanrecht naar het andere eind beweeg. Het zijn trage, aarzelende passen. Bij een misstap donder ik honderden meters naar beneden in een kolkende magma massa. Jammer dat de temperatuur van het aardbinnenste niet reikt tot aan de keukenvloer, zou mijn voeten goed doen.
Zouden het de koude voeten zijn, die naast ander ongemak ook de verkeerde richting geven aan mijn gedachten? Snap anders de link niet tussen de afwas en de dood. Nu is die laatste een regelrechte omnivoor als het gaat om de momenten, die zijn voorkeur genieten. 's Avonds, 's nachts, bij het ontbijt of samen met mij in Sibiu. Eigenlijk overal, kan me alleen z'n aanwezigheid bij de afwas niet herinneren. Dat was de plek waar het terugdringen van de intrigant normaliter het eerste houvast vond. Hup, koest en in je hok. Dat zou ik graag zo willen houden.
Vandaag is het 'm ook niet geluk tot op de voorgrond te dringen, maar hij was er wel. Kwam er zelfs aan ipv er reeds te zijn om weggejaagd te worden. Ongewenste ontwikkeling en geheel misplaatst. Eindelijk schoon en opgeruimd is het bedoeld voor leven in de brouwerij. Het enige stukje dood, dat er getolereerd wordt is het vlees en dat lang niet elke dag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten