dinsdag 3 oktober 2017

MWK

 Rustig wakker voor zessen. Voor ik daarvan kon genieten drong zich uit alle hoeken en gaten aan me op wat moet gebeuren. De momenten van intense tevredenheid, helaas slechts momenten, worden in de ochtend wel vaker overspoeld door deze vloedgolf aan zaken, die gedaan moeten worden. 's Avonds in bad is dat minder.

 De praktische kant van het leven is nog steeds een paar maatjes te groot. Iets van een evenwicht tussen wat ik zou willen, dat mijn leven is, en de dingen die gedaan moeten worden om de gewenste ruimte te creëren, is ver te zoeken. De week komt dagen en de dag uren tekort.

 De enige optie is om meer tijd te besteden aan wat moet ipv de rust te nemen voor wat ik wil. Dat dat wringt is helder. Dat niet doen wringt echter ook. Het is kiezen tussen wringen en wringen.

 Het is moeilijk te verkroppen dat het grootste deel van je tijd na al die jaren nog steeds verloren gaat aan verplichte nummers. Hoe klein moet je je wereld maken om het evenwicht de kant van het gewilde op te krijgen? Is het daarom dat oude mensen zich terug trekken op één kamer?

 Maar laat ik de middag wat consequenter invullen met de moetjes, voordat ik me ga bezondigen aan generalisaties. Tegen de tijd dat ik aan mijn ochtend en avond (wat al geen naam mag hebben) moet gaan tornen en het gewilde in de marge verdwijnt, wordt het tijd om het mes erin te zetten. De vraag is alleen waarin?

 Een groot deel van wat nu onder 'moeten' valt zijn dingen, die ik zelf gewild heb. Hoe verhoudt zich dat? Is dat dubbel, masochisme of inherent aan het mechanisme van de drie-eenheid moeten-willen-kunnen? Hoe maak je het gewilde weer gewenst en haal je het uit het verdomhoekje van het moeten? Vrees dat dit puur een klusje is voor tussen de oren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten