De nacht lijkt zijn rust terug gevonden te hebben. Geslapen als een blok, optijd wakker en verwijld in de oude vertrouwde horecawereld. Bars, restaurants en gigantisch grote en luxe hotels. Ik heb nog steeds geen idee wat het betekent maar over het algemeen is het vertoeven in die wereld niet verkeerd. Vaak met bekenden, vrijwel steeds aan de wandel, meestal ook iets met onbekenden, toeristen en iets met zoeken.
Vannacht geen gezoek, maar een eindeloos -of was het oeverloos?- gesprek zonder dat me het onderwerp duidelijk werd. Uiteindelijk, tegen de ochtend, samen huiswaarts en onderweg boodschappen gedaan, vis, om te kunnen koken. Ergens vinden we een tas met daarin ongebruikte, nog in cellofaan verpakte cassettebandjes. Dat is bijna lieflijk. Geen greintje stress.
Aansluitend weer diep weggezakt en pas tegen achten definitief boven water. Er is weer wat in te halen. Misschien geen slaap maar wel rust. En wat voor de nachtrust geldt, gaat ook op voor de activiteiten overdag. De weg terug is er vooral een van inhalen. De achterstand, de afstand die overbrugd moeten worden op de weg terug naar normaal, wordt er niet korter op. Er is steeds meer wat liggen is gebleven en moet ingehaald voor we verder kunnen. Je zou er bijna tegen op zien. Blijkbaar doe ik dat niet, als ik de nacht mag geloven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten