Het gaat langzaam. Niet dat het boek niet meeslepend genoeg is. Integendeel. De slaap sleept me enkel nog net iets harder mee. Doe ik lekker lang(er) met het werk. Voorlopig ziet het er naar uit, dat dat geen straf zal zijn. De hoofdpersoon maalt zich door het laatste anderhalve etmaal heen. Boeken, vrouwen en muziek.
Hij recapituleert hele passages uit boeken. Heeft het over zijn 'bovennormaal geheugen'. Ik kan me daar niet op betrappen. De herinnering aan de boeken, die ik heb gelezen, blijft veelal steken in de kleur en verdere vormgeving van de omslag. Iets wat notabene bij iedere heruitgave kan veranderen. Van al die boeken die ik heb gelezen, en zoveel zijn dat er nu ook weer niet, is me wel geteld één regel bijgebleven. Een regel over 'momenten'. Daar moet ik het mee doen.
Van de schrijvers die de revue passeren ken ik sommige boeken en de namen. Sartre, Camus, Canetti. Van de filosofen deels ook (wie is Cavanna?), maar gelezen heb ik van hen geen letter. De boeken niet alleen niet ingezien ook nooit de neiging gehad ze op te zoeken. Schoppenhauer, Wittgenstein, Epicurus. En poëzie is nooit aan mij besteed geweest.
Het maakt het verhaal er niet minder interessant om. De man heeft bovendien iets met getallen, grote getallen, haast onvatbare en in elk geval onvoorstelbare getallen. Dat spreekt me dan wel weer direct aan.
Waar Albinati met zijn 'Katholieke school' na een half boek in feite nog steeds in de inleiding zit, duikt Kayzer direct vol in het diepe. Dat mag ik wel. Liever wat meer naijlen dan je verliezen in de aanloop. De weg ergens naar toe is nou eenmaal niet altijd het meest interessante deel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten