Het is al goed licht, als ik van ver de werkelijkheid liggend tegemoet treed. Behalve een soort van verdoofd voel ik me opgejaagd en ben ik zenuwachtig. Vaag hangen wat droomflarden in mijn hoofd. Ik neem de tijd om de beelden te verhelderen en dieper in mijn herinnering te graven naar andere flarden. Met wat geduld en gepijnig van de hersenen klonteren de restanten samen tot twee droomfragmenten.
In de ene droom moet ik mensen op een station vertellen (mobiel .... dromen gaan met de tijd mee!), dat ik niet mee kan op de geplande reis, omdat ik teveel koffers, tassen en zakken bij me heb om op het station te komen..... In een andere droom ben ik verplicht om bij een reisgezelschap te blijven, omdat de leiding verwacht, dat we elkaar anders kwijt raken, om ff later als op de boeg van een schip in een stoeltje voorop de bus te zitten en vol angst en beven de capriolen afwacht van de chauffeur op de onmogelijk steile en bochtige bergwegen.
Dit zijn niet de jubel- en juichbeelden, die je na de positieve afsluiting van 2015 zou mogen verwachten. Nee, sterker nog, je kunt niet zeggen, dat ik vol vertrouwen de toekomst tegemoet stap.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten