dinsdag 8 mei 2012

Psychologie

Na een lichte lunch de honden hun siësta gegund en zelf wederom in de benenwagen gestapt en het bos in getogen. Ter plekke mocht ik in concreto aanschouwen wat ik al maanden uit het gepruttel van de fontein in de vijver had kunnen opmaken. Het opvangbekken was tot aan de rand gevuld met andere substanties dan water. Enkel door een verstopping van de overloop was nog van enig zichtbaar water sprake.

 Op de heenweg van de rust gebruik gemaakt om alle denkbare foute gedachten netjes terug te wijzen tot achter de aangegeven lijn. Medewerking is dan ver te zoeken maar uiteindelijk schikte dood en verderf zich in mijn verzoek de boel niet erger te maken dan wat het was: een middagje soppen, scheppen en schuiven in de modder. 'Tuurlijk, in mijn uppie in een bos is een beetje van god los en niet alleen van mijn provider. De boel dus eindelijk onder de duim, moet je een groot formaat (betonnen) stop uit anderhalve meter modder omhoog trekken.....

 Mijn cardioloog sloot ff zijn ogen en ik de toegang tot mijn verstand. Wrikken en wringen bracht beweging en daarna was het een kwestie van domme kracht. Met oorverdovend lawaai blubberde de modder 2,5 meter lager uit een buis. De rest van de middag zou menig kind jaloers zijn geweest als het me bezig had gezien. Door de boel afwisselend weer voor een deel vol te laten lopen, kon ik de modderzooi étappegewijs laten verdwijnen. Baggeren in alle betekenissen die je het woord kunt geven en zelf van kruin tot op de grond onder de modderspetters, -strepen en -vegen.

 Na twee en een half uur kalm en gestaag roeren in de blubber kon ik de boel weer afsluiten en afdalen richting het huis. Ik had het kunnen verzinnen maar niet bedacht, als na een gewonnen wedstrijd drong alles wat ik zorgvuldig weggewerkt had achter de zijlijn ineens het speelveld op. Mij brak aan alle kanten het zweet uit en ik had maar mijn kleine vinger hoeven toesteken en een paniekaanval had zijn kans gegrepen ....... Mens, een raar wezen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten