Als je de boeken mag geloven, zet zo'n dag als gisteren je een maand op achterstand. Ik geloof niet, dat het zo'n vaart zal lopen, maar het hakt erin, dat is een feit. Ik moest er aan denken, toen ik vanochtend mijn ogen probeerde te openen. Het is niet de tijd van het jaar om enthousiast in één beweging naast je bed te staan, maar de tergende traagheid, waarmee ik me vanochtend de dag in duwde, is ook niet van deze tijd. Moe, moe, moe. Gesloopt. De Alpe d'Huez, de marathon van New York of een partij trappenlopen in het Empire State building .... ik moet er allemaal niet aan denken, maar had ik me ertoe laten verleiden, dan zou ik me vanochtend waarschijnlijk fitter hebben gevoeld.
Nee, ik ga geen partijtje zeuren. Het is meer verwondering. Verwondering over de jaren waarin dagen als gisteren regel waren ipv uitzondering, waarin die dagen meerdere keren per dag de revue passeerden. Klop me niet op de schouder, vraag me niet hoe ik dat heb gedaan. Ik kan enkel met mijn mond vol tanden staan. Iets met onwetendheid, volhouden, dom doorgaan en nog wat van die open deuren.
Achteraf is d'r iets meer besef, die reflectie in het overzicht, maar ik maak niet de fout om te gaan verklaren. Het is goed dat je vooraf niet alles overziet, dat je geen zicht hebt op het tijdschema met bijbehorende verrichtingen, dat je te wachten staat. Je moet en kunt je niet wapenen tegen alles. Hebben we ook bij de ommezwaai naar Frankrijk niet gedaan, hoe goed die move ook was voorbereid. De instelling moet kloppen en in situaties als de mijne in de afgelopen vijf jaar werkt dat dus instinctief, dat kan niet anders. Ik ben met veel dingen bezig geweest, maar toch echt niet met het hebben van een positieve instelling. Het leven gaat door, neemt je mee, alleen als je d'r mee kapt, kom je onder die kracht uit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten